Consultatieronde informatiecategorieën, reageer voor 30 juni

Vanaf 19 juni kunnen overheidsorganisaties aansluiten op de Woo-index. Een belangrijke stap naar actieve openbaarmaking van overheidsdocumenten. Maar wat maak je precies openbaar? Om dat helder te krijgen, worden nu stap voor stap de definities van de informatiecategorieën uitgewerkt. Wil jij meedenken? Geef uiterlijk 30 juni je feedback door.

Vrouw achter laptop met zonsondergang op achtergrond
Beeld: ©Aad Meijer / Mediatheek Rijksoverheid

De Wet open overheid (Woo) verplicht bestuursorganen om informatie actief openbaar te maken. Dat geldt specifiek voor informatie die valt onder de zeventien informatiecategorieën die zijn vastgesteld in de Woo. Maar wat wordt precies verstaan onder deze informatiecategorieën? Om dat helder te krijgen worden de definities van de categorieën stap voor stap uitgewerkt. Wanneer deze definities uitgewerkt zijn en in de praktijk werkbaar blijken, wordt de verplichting om die categorie openbaar te maken, ingevoerd.

Op dit moment worden de definities van de volgende categorieën uitgewerkt:

  • Organisatie- en bereikbaarheidsgegevens;
  • Woo-verzoeken en -besluiten;
  • convenanten en
  • vergaderstukken decentrale overheden. 

Naast de definities, worden ook hulpmiddelen ontwikkeld voor de wijze van openbaar maken, bijvoorbeeld een processchema of handreiking met uitleg . Hierop kan op een later moment feedback worden gegeven. De informele consultatieronde van de genoemde categorieën loopt af op 30 juni. Tot die tijd kun je opmerkingen, suggesties en aanvullingen delen in de KIA-groep Informatiecategorieën Wet open overheid. Word lid van de groep om te reageren.

Aan het einde van de informele consultatieperiode worden de reacties verzameld en verwerkt. Begin juli zal er een samenvatting van de reacties en aanpassingen binnen de groep op KIA worden geplaatst.

Het Programma Open Overheid en het Rijksprogramma voor Duurzaam Digitale Informatiehuishouding (RDDI) werken deze categorieën nu uit, in samenwerking met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en samen met praktijkexperts vanuit verschillende bestuursorganen (waaronder ministeries, provincies, gemeenten, waterschappen en zbo’s).